Evaluatie door de dienst welzijn van de deelname aan het proefproject referentiebudgetten voor een menswaardig inkomen (REMI)
In de eerste fase van dit proefproject werd er een representatieve steekproef samengesteld. De financiële situatie van een aantal dossiers werd in kaart gebracht via het huidig minimumbudget enerzijds en via de REMI-tool anderzijds. De evaluatie werd besproken tijdens de teamvergadering van de dienst welzijn op 3 oktober en 17 oktober 2023.
- Organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn
- Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
- Koninklijk besluit van 22 januari 2023 houdende een toelage voor het gebruik van de REMI-tool om aanvullende financiële steun te verlenen aan OCMW-begunstigden
- Omzendbrief van 10 maart 2023 betreffende het koninklijk besluit van 22 januari 2023 houdende een toelage voor het gebruik van de REMI-tool om aanvullende financiële steun te verlenen aan OCMW-begunstigden
- Besluit van het vast bureau van 20 maart 2023 tot goedkeuring van de deelname van de dienst welzijn aan het proefproject REMI (referentiebudgetten voor maatschappelijke integratie) van de POD maatschappelijke integratie
- Besluit van het vast bureau van 24 juli 2023 tot goedkeuring van het afsprakenkader in functie van het gebruik van de REMI-tool door de dienst welzijn
- Kennisname door het vast bureau op 13 november 2023 van de evaluatie van de REMI-tool en het voorstel om de REMI-tool te implementeren in de steunnormen
In oktober werd het gebruik van de REMI-tool grondig geëvalueerd. In navolging van deze evaluatie wordt het initiële afsprakenkader bijgestuurd. Het minimumbudget opgenomen in de steunnormen van de dienst welzijn dient als instrument om te bepalen wie recht heeft op een aanvullende financiële steun en is op die manier gelijkwaardig aan de REMI-tool. Ook het minimumbudget geeft namelijk een gestructureerd overzicht van de noodzakelijke uitgaven en de gerealiseerde inkomsten, waardoor een traject op maat mogelijk wordt.
De dienst welzijn stelt voor om over te stappen naar de REMI-tool, omwille van volgende vaststellingen en redenen:
- De tool is gebaseerd op een grootschalig wetenschappelijk onderzoek;
- Het gestructureerd overzicht vormt de basis van een traject op maat;
- De tool omvat alle uitgaven die noodzakelijk zijn voor een menswaardig bestaan;
- REMI zorgt voor meer gelijkvormigheid tussen OCMW’s;
- REMI is een educatief instrument. De vergelijking van de reële uitgaven met de referentiebudgetten geeft een goed inzicht in het gezinsbudget;
- REMI kan geïntegreerd worden in het softwarepakket dat de dienst welzijn gebruikt. Een digitaal dossier bijhouden van de cliënten vermindert de werklast.
- Wanneer REMI door een voldoende groot aantal OCMW’s systematisch wordt gebruikt als diagnose-instrument voor financiële behoeftigheid, kan ook de bovenlokale overheid de data gebruiken om zicht te krijgen op de grootte en de samenstelling van de groep burgers die steun vraagt aan het OCMW en op wie hiervan in armoede verkeert (omdat het noodzakelijk gezinsbudget een negatief saldo vertoont);
- Wanneer REMI daarnaast door een voldoende groot aantal OCMW’s systematisch, en meer gestandaardiseerd zou worden gebruikt voor het toekennen van aanvullende financiële steun, zal het gebruik van het instrument ook kunnen zorgen voor een grotere stroomlijning van het bijstandsbeleid tussen de OCMW’s;
- Tot slot kunnen de verzamelde REMI-data ook nuttig worden gebruikt door (boven)lokale bestuurders om de betaalbaarheid van publieke producten en diensten te bestuderen en waar nodig te verbeteren.
Op basis van de evaluatie in oktober 2023 stelt de dienst welzijn voor de REMI-tool te implementeren in de steunnormen. Het afsprakenkader en het gebruik van de REMI-tool zal in de beginperiode minstens jaarlijks geëvalueerd worden.
Het bijzonder comité voor de sociale dienst gaf een positief advies op 7 november 2023 om het minimumbudget in de steunnormen te verlaten met ingang van 1 december 2023. Het vast bureau nam kennis van dit voorstel op 13 november 2023.
Op basis van de huidige dossiers aanvullende steun kan de implementatie van de REMI tool maandelijks een meerkost betekenen van 2.640 euro. In het afsprakenkader staat dat de grootte van de steun maximaal het negatief saldo kan zijn. Na een sociaal en financieel onderzoek zal er een voorstel tot steun zijn waarbij we rekening houden met verschillende factoren om de grootte van de steun te bepalen. Het is moeilijk te voorspellen wat dit betekent voor de toekomst. Alles hangt af van het aantal aanvragen en de uitkomst (positief - negatief) in REMI.
Na aanpassing van de meerjarenplanning is het bedrag voor 2023 voor deze steunen naar 75.324 euro teruggebracht. Op dit moment, met nog 2 maanden te gaan, is de stand een 47.000 euro.
De subsidie voor de steunen die op basis van de REMI- tool ons zullen worden toegekend, bedraagt 16.847,03 euro.
In de volgende meerjarenplanaanpassing moeten de bijhorende inkomsten en uitgaven dan ook voorzien worden op het beleidsitem 0900-00 voor sociale bijstand.
Enig artikel. De raad keurt de implementatie van de REMI-tool in de steunnormen voor de dienst welzijn goed met ingang van 1 december 2023.